We voelden ons ware ontdekkingsreizigers toen we met vier tjotters de baai van Stari Grad op het eiland Hvar (spreek uit: gwar) binnenzeilden. Vier tjotters, want meer schepen meenemen was praktisch niet haalbaar. Wel vier verschillende tjotters: de Friso (15) is een wedstrijdtjotter, de Tjilling (7) een brede, praktische tjotter en ook het Wearlamke (2) en de Wink (6) zijn stabiele boten die goed laten zien waarmee vroeger goederen werden vervoerd naar smalle en ondiepe vaartjes. Tjotters horen thuis in een plat land waar hun silhouetten van verre te zien zijn. Maar hier zeilden we een trechter binnen, tussen begroeide rotsheuvels.
De bootjes leken aardig droog te zijn na het vervoer door Europa en de tewaterlating, maar de Friso werd flink nat onder de vlonders. Zout water in de boot, dat was lang geleden. Voor de wind voeren we op de lage stadskade af. Wanneer je voor top en takel op tijd de mooring wist te grijpen, dan meerde je soepel af op deze nieuwe, onbekende plek. En we lagen nog niet vast of de eerste geïnteresseerden meldden zich al. De tjotters zouden een bezienswaardigheid worden, zoveel was nu al duidelijk.
Zee en schepen verbinden
De Nederlandse ambassadeur in Kroatië, Charlotte van Baak, bezocht al voor de openingsparade de Nederlandse stand. ‘Dat Nederland partnerland is op dit wonderschone kleinschalige festival doet me meer dan goed,’ zei zij. ‘Wij hebben net als de Kroaten een lange maritieme traditie en door hier met onze ambachten en traditionele tjotters aanwezig te zijn, benadrukken we de overeenkomsten tussen Kroaten en Nederlanders. We zoeken de verbinding met elkaar en onderstrepen de band die we met de Kroaten voelen. Dit festival maakt mijn werk zeker makkelijker. We ervaren hier wat we voor elkaar betekenen, zodat we ook makkelijker moeilijke gesprekken met elkaar kunnen voeren wanneer dat nodig is.’
Na het bezoek liep Charlotte van Baak mee met de twintig Nederlandse vertegenwoordigers in de paradewandeltocht langs de haven naar het centrale plein.
Spannende reis
Voordat de vier tjotters van Stichting Friese Tjottervloot (SFT) en de kleine Van der Meulenschouw van het Nederlands Openluchtmuseum Arnhem (NOM) konden gaan showzeilen in de beschutte haven van Stari Grad, hadden ze een tocht van ruim 1800 kilometer over de weg afgelegd. Nadat de SFT en het NOM hun deelname aan Dani u Vali hadden toegezegd, begonnen de voorbereidingen: spullen bij elkaar zoeken om ambachten als boegbranden, disselen, smeden en zeilmaken te kunnen demonstreren.
Bij de tjottervloot stond het organiseren van bokken om vier tjotters op te vervoeren hoog op het lijstje, maar ook het meenemen van te verkopen spullen op het festival en het verzorgen van de publiciteit. Bokken zoeken bleek lastiger dan gedacht, maar een onverwacht aanbod van jachthaven ’t Varskip uit Heeg bleek een schot in de roos. Die bokken waren smal genoeg voor vervoer over de weg en met twee tjotters bovenop elkaar was het geheel net niet te hoog voor de vrachtwagen.