Minette (de originele naam sinds de bouw) werd in 1949 gebouwd door de werf Bröderna Hult- mans Båtbyggeri in Arvika, aan het Kyrkvikenmeer te Zweden. Dit water mondt via een reeks andere meren uit in het grote Vänernmeer. Na de bouw bleef het schip binnen de familie Hultman, voor eigen gebruik en reclamedoeleinden voor de werf. Dat waren fanatieke zeilers. Vanuit Arvika maakten ze tochten naar Noorwegen, Denemarken en ook langs de zuidkust naar Stockholm. Rond 1980 kwam daar een einde aan en stond het schip tot 2015 buiten onder
een afdekzeil onder een boom in de tuin van de dochter van de bouwer. In de daaropvolgende jaren startte de eveneens uit Arvika afkomstige tweede eigenaar een grondige renovatie en maakte Minette weer volledig zeilklaar. Hij zeilde er vooral mee op de meren rond Arvika.
Januari 2022 kocht Carl Kars het schip en zeilde er nog hetzelfde voorjaar mee naar de nieuwe thuishaven Hellevoetsluis. Minette staat in Zweden geregistreerd als varend erfgoed. De ontwerper was Stig Tiedemann die na zijn studie aan de technische universiteit in Stockholm de eerste praktijkervaring opdeed bij gekende namen in de historie van de Zweedse jachtbouw zoals Gustav Plym, Jac M. Iversen en Knud H. Reimers. Zijn eerste eigen ontwerp was de 5-Meter klasser Maussi uit 1937. Tijdens zijn latere carrière richtte hij zich vooral op motorjachten.
Schatkist
Wat bracht schipper Carl Kars er toe zo’n bijzonder schip aan te schaffen? ‘Ik ben altijd verliefd geweest op de lijnen van klassieke scherpe jachten. Het is een droom geweest om zelf voor een klassieker te mogen zorgen. Vooral de Zweedse scherenkruisers zijn prachtig met hun lage vrijboord en ranke, slanke lijnen. Ik ben zelf half Zweeds (mijn moeder is Zweeds) en heb dus altijd een connectie gehad met het land en mijn familie daar. Het land is nog altijd een schatkist van oudere houten boten en ik zocht daar actief naar de juiste boot voor mij.
Ik bezocht Minette in Arvika tijdens de winter waar ze wederom onder een afdekzeil stond, buiten in de vrieskou! Ze was in relatief goede staat, en aan de constructie bleek niks mis te zijn. Het lakwerk had wel achterstallig onderhoud. Tijdens het huidige project bleek bij Kroes dat de hekbalk half doorgerot was, maar verder tot nu toe nog geen grote verassingen.