Geef of neem een proefabonnement

Ode aan de spriet

Handig tuig voor de binnenschipper

Dit artikel is gepubliceerd in
Het spriettuig heeft een slechte reputatie. Maar waaro heeft die ttuigage het dan honderden jaren volgehouden? Welke voordelen had het voor de schippers die het voerden en welke nadelen. Het zijn vragen waarop kunstwerken wellicht antwoord kunnen geven.

Het spriettuig schijnt al door de Romeinen gebruikt te zijn. Zij voerden een laag, rechthoekig sprietzeil aan een mast die voor in de boot stond. Een fok ontbrak. Volgens meerdere maritieme historici werd het vooral op rivieren en in kustwateren gebruikt. Een bewijs voor het gebruik op volle zee is tot nog toe niet geleverd en waarschijnlijk was het razeil daar dominant, naast het later ingevoerde latijnzeil. Na de val van het Romeinse Rijk werd het niet meer teruggevonden op afbeeldingen en moet de conclusie zijn dat het waarschijnlijk in onbruik was geraakt.

Pas in de late veertiende en vroege vijftiende eeuw duikt het spriettuig weer op en wordt dan gecombineerd met een stagfok, wat het een zeer bruikbaar tuig maakt om aan de wind te kunnen varen. Waarschijnlijk raakte deze configuratie in Vlaanderen voor het eerst in zwang. In de vijftiende en zestiende eeuw zien we bij allerlei binnenvaartschepen in de Lage Landen het spriettuig toegepast, lang voor het gaffeltuig werd ingevoerd. Er bestonden varianten van het grootzeil, waarbij er een lange spriet werd gecombineerd met een hoog gepiekt zeil en er was een uitvoering met een vrijwel rechthoekig zeil dat aan een korte spriet werd gezet. De schepen met een hoog zeil voeren beter aan de wind en presteerden goed op relatief small vaarwater. Het lage tuig werd ook wel ferrytuig genoemd.

Storm
Om snel zeil te kunnen minderen hadden veel schippers een bonnet onderaan het grootzeil. Dit is een losse strook zeildoek die met een kettingsteek was vastgezet en in een handomdraai los kon worden genomen. Een nadeel was dat het opnieuw bevestigen van de bonnet langer duurde dan het uitreven van een gaffelzeil dat was opgebonden tijdens het reven.

Het spriettuig bleef op sommige vissersschepen in gebruik tot in de twintigste eeuw. Vooral in Zeeland was het op hoogaarsen het standaard tuig, tot 18 juli 1924, toen in een plotseling opstekende orkaan vijftien vissers verdronken die allemaal een spriettuig voerden. De schepen met een gaffeltuig hadden de zeilen snel weg kunnen nemen en zij kwamen de storm goed door. Daarmee was het pleit beslecht en schakelden de hoogaarsen over op het gaffeltuig. Dat de spriet ook als laadboom kon worden gebruikt was een groot voordeel bij het laden en lossen van zware lading.

Benieuwd naar de rest van het verhaal?

Spiegel der Zeilvaart 04/2025

Spiegel der Zeilvaart 04/2025

Bestel en lees verder ›