‘Je moet nog maar een keer terugkomen als het harder waait,’ zegt Tjerk Hutting. ‘Dan zul je zien waartoe deze 46 in staat is.’ Het is kenmerkend voor Hutting die altijd streeft naar de beste ervaring. Of het nou gaat om de beleving op het water of het vakmanschap van zijn werf. En als we het hebben over ervaring, die heeft Tjerk in hoge mate: in een Spiegel van veertig jaar geleden vond ik een advertentie van hem terug, maar toen was hij toch al zo’n tien jaar aan het werk. Hij begon in Akkrum in een onverwarmde dubbele garagebox, waar hij eenheidsklassen als Schakels, Zestienkwadraten en Regenbogen bouwde. Daar heeft-ie er zelf overigens ook nog een van, hij zeilt er regelmatig wedstrijden mee met zonnen Wietse en Jelle.
Een paar jaar later al verhuisde Tjerk zijn werf naar Grou en richtte hij zich, gezien die oude advertentie in de Spiegel ook op de ‘Jachtbetimmering voor rond- en platbodemschepen’. Maar alles kwam in een stroomversnelling toen de befaamde jachtontwerper Dick Koopmans bij hem aanklopte: Hutting bouwde in opdracht van Koopmans een 40-voeter die op wereldreis zou gaan. Tjerk zag de kansen en ontwikkelde de 40 door naar de Hutting 40. Dat werd een succesnummer, een schip waar iedere zeiler stiekem van droomde. Al was het maar om ooit ook die gedroomde verre reis te kunnen maken met een jacht dat je het vertrouwen gaf alle stormen te kunnen doorstaan. Koppel dat aan een interieur waar je altijd met plezier naar blééf kijken omdat het vakmanschap er vanaf straalde en je snapt het Bentley-gevoel waarover de pers sprak: vertrouwen en kwaliteit gingen hand in hand.
Voor het eerst
De vraag leidde tot de noodzaak van een nieuw onderkomen en dat werd gevonden in Makkum, direct aan het IJsselmeer, zodat de grotere schepen zonder problemen het water op konden. Bovendien konden ze er terecht in de kleine jachthaven rondom de werf.
Dat is precies de plek waar we vandaag aan boord stappen van het nieuwste raspaard uit de Huttingstal, de 46 Explorer. Raspaard omdat het ontworpen is met meer oog op snelheid dan de Koopmansontwerpen met lange kiel. Verantwoordelijk voor het ontwerp en rekenwerk van en aan dit jacht is Van Oossanen Naval Architects, die de reisaspiraties van Huttingeigenaren in het achterhoofd moest houden. Een dieper onderwaterschip dan gebruikelijk bij hedendaagse wedstrijdjachten garandeert een comfortabeler en veiliger vaargedrag.
‘Geloof het of niet, maar vandaag vaar ik voor het eerst met de 46,’ glimlacht Tjerk. De eerdere sessies werden gedaan door zonen Wietse en Jelle: testvaarten, klantendagen en een fotoshoot voor de Duitse watersportpers. Beide juniors zijn er ook vandaag bij, bijna symbolisch, want Tjerk laat weten dat hij sinds een paar dagen ‘niets meer te zeggen heeft.’ Het bedrijf is overgedragen aan de volgende generatie. Hoewel, niets meer te zeggen. Als het gaat om uitleg over de 46 Explorer heeft hij het hoogste woord en laten beide zonen hem met gepaste eerbied uitpraten. Bijna vijftig jaar ervaring, dat telt.
Refits
Wietse spreek ik later op het voordek als we de gennaker hebben aangeslagen. ‘Het voelt als een nieuw begin,’ zegt hij. ‘Want tegelijk met Tjerk gingen er nog meer mensen op de werkvloer weg, personeel dat lang is gebleven en ook met pensioen ging. Er kwamen veel nieuwe mensen en die hebben net als Jelle en ik de ambitie om mooie dingen te maken.’
