Op een disndag begin oktober de hoofdredacteur aan de lijn: ‘Donderdag wordt er met de Ludana op het Pikmeer bij Grou gevaren en Bertel Kolthof gaat foto’s maken. Voor de rubriek Erfgoedtoppers. Jij zou hier toch een verhaal over maken? Dus kun je donderdag, er wordt ideaal zeilweer verwacht, zon en zo’n 3 Beaufort.’ Ook al had mijn agenda vol gestaan, ik had alles afgezegd, want voor een mooie middag zeilen met de Ludana laat ik graag al mijn andere plannen varen.
We spreken af bij de steiger van het Theehuis. De dag wordt door de vrijwilligers goed besteed om ook een aantal nieuwe schippers met de boeier vertrouwd te maken. Aan boord zijn Oscar van Lent, Reinier van der Post en Piet Hein Dankelman. Het enthousiasme spat van hun gezichten af. Niet alleen vanwege het feit dat Peter Schouten fantastisch werk heeft geleverd – trots wordt mij de vernieuwde motorkamer getoond – de heren jubelen vooral over de zeileigenschappen. Zowel Van Lent als Van der Post varen al jaren met het schip en kunnen de nieuwe situatie dus goed beoordelen.
Niet alleen
Scheepstimmerman Peter Schouten vertelt: ‘De Stichting Behoud Boeier, die eigenaar is van de boeier, nam in 2022 contact met mij op. Het schip weegt leeg 7,5 ton en is iets te groot voor mijn loods, dus ik was het eigenlijk een beetje aan het afhouden. Maar door hun enthousiasme werd ik ook steeds enthousiaster. Ik had wel eens kleinere ronde jachten gedaan, ook hoogaarzen, maar vond het heel leuk om ook de restauratie van een boeier op mijn cv te kunnen zetten.’
Hij realiseerde zich dat hij zo’n groot karwei niet in zijn eentje zou kunnen uitvoeren. Gelukkig kreeg hij hulp van collega’s. Via Ivor van Klink uit Workum kwam Erik Die- kerhof drie dagen per week naar Kortenhoef en Mees van der Ham – onderhoudsman bij de Koninklijke Watersport-Vereeniging Loosdrecht – sprong een dag per week bij.
Lang voordat de Ludana de loods in Kortenhoef werd binnengerold, begon de zoektocht naar geschikt hout. Peter: ‘Gelukkig had Houtcompagnie Almenum in Harlingen een lange balk liggen die groot genoeg was voor de kiel en bovendien al enige jaren lag te drogen. Het hout voor de krommers komt bij Ivor van Klink vandaan. Hij had nog een stam liggen die voor hem te krom was en die hebben we er ook bij gekocht.’
Zwaar eikenhout
‘Wat ik me niet voldoende had gerealiseerd was het gewicht en de omvang van de nieuwe kielbalk van 35 x 50 cm met een lengte van 9,5 meter en een gewicht van 1,5 ton. Ik vroeg me af hoe krijg ik dat ding er ooit onder? Daar heb ik wel eens van wakker gelegen. Maar gelukkig was Erik hier. Hij had lang bij Scheepswerf Nieuwboer in Spakenburg gewerkt en was gewend aan grote stukken zwaar eikenhout voor de botters die daar gerestaureerd werden. Hij had er dus ervaring mee en pakte door waardoor het veel makkelijker ging dan ik ooit gedacht had. Los van de omvang was het vervangen van de kielbalk het ingewikkeldste onderdeel van de restauratie. Normaal zet je een schip op de kielbalk, maar omdat die er juist uit moest, hebben we het schip helemaal op een andere manier moeten ondersteunen voordat we de oude kielbalk konden verwijderen en de nieuwe konden monteren. Het was ook een belangrijk moment omdat de Stichting van mening was dat het achterschip ingezakt was en dat dit dus opgekrikt zou moeten worden. Toen de oude kielbalk verwijderd was zagen we hoe fijn recht het schip eigenlijk nog is.’