Decemberactie! Geef een (proef)abonnement cadeau

Bestemming Waddenzee

Een opfriscursus voor uitdagend vaarwater

Dit artikel is gepubliceerd in

Nu er plannen voor de zomervakantie worden gesmeed is het een mooi moment om de weggezakte kennis over het zeilen op de Waddenzee weer boven water te halen. Hoe val je droog? Hoe passeer je een wantij? En wat als we straks nog een uurtje in het donker moeten varen?

Heel vroeg in het seizoen wordt jaarlijks de Zachtebedrace gezeild. Een handvol platbodems vaart dan drie dagen en nachten over het Wad zonder elektronische hulpmiddelen en ook de motor aanzetten betekent diskwalificatie. Klaas Wiersma is een trouwe deelnemer aan deze ‘prestatietocht’ voor doorgewinterde of misschien wel een beetje doorgeslagen wadzeilers. De Zachtebedrace levert echter mooie voorbeelden op voor wie plannen heeft om in de zomervakantie de wadden op te gaan. Klaas legt daarom nog eens een paar basistechnieken onder de loep.

1. Droogvallen
Tijdens de hele Zachtebedrace doen we ons uiterste best om niet per ongeluk droog te vallen. Maar een van de opdrachten is om juist wel droog te vallen, en wel op het eiland De Razende Bol of Noorderhaaks. Hier zouden we minimaal drie uur voor laagwater moeten vastliggen op het strand. Hoe pakken we dat aan?

Eerst kijken we naar het weer, heeft het überhaupt zin om ernaartoe te varen? Droogvallen kan alleen als er geen golven zijn. Zijn die er wel, dan zal het schip in de periode tussen vast en droog telkens worden opgetild en neergesmeten op het harde zand. Dreunen die je door merg en been gaan – niet prettig!

We hebben geluk: er staat een vriendelijke 3 Bft en er is van golfslag nauwelijks sprake. Dan kijken we in de kaart (uiteraard moet je die wel aan boord hebben, Kaartserie 1811 voor de Waddenzee West en 1812 voor Oost), op zoek naar een stukje waar het geleidelijk oploopt. Te stijl is niet prettig, dan komen we misschien scheef te liggen. Maar te vlak is ook niet fijn, dan kan het droogvallen wel eens erg lang duren.

Ideaal
De zuidkant van Noorderhaaks is ideaal. Als de diepte in de kaart (dus ten opzichte van LAT) min anderhalf is, komen we net niet droog te liggen. In dit geval niet erg. Vervolgens gaan we uitrekenen hoe laat we bij de beoogde droogvalplaats zouden moeten zijn. Daarvoor kijken we in de getijdetafel HP33, een boek dat jaarlijks wordt uitgegeven met alle waterstanden, berekend op basis van de stand van zon, maan en sterren.

Bij Den Helder is het laagwater om 16:50. Dat betekent dat we ons om 13:50 vast moeten varen. Tussen 18:00 en 19:00 komen we weer los.Het schip komt inderdaad niet helemaal droog te liggen. Maar de zon breekt door en we hebben een heerlijke middag verplicht rust op de plaat waar we een ruim vol plastic afval vinden.

Benieuwd naar de rest van het verhaal?

Spiegel der Zeilvaart 06/2024

Spiegel der Zeilvaart 06/2024

Bestel en lees verder ›

© Spiegel der Zeilvaart 2021 | Privacybeleid | Voorwaarden | KVK: 56569599 | BTW: NL001796638837 | Bank: NL54RABO 0326 3406 45

Ontwerp en onderhoud door MKB Watersport