De historieschilderkunst is altijd een bijzonder genre geweest. In Nederland schilderde zelfs Rembrandt in de zeventiende eeuw al historische gebeurtenissen, zoals de ‘De samenzwering van de Bataven onder Claudius Civilis’. Veel van zijn tijdgenoten kozen voor mythologische thema’s uit de Griekse en Romeinse oudheid. In de negentiende eeuw stond het genre hoog aangeschreven en vooral in het teken van het opkomende nationale bewustzijn. In de afgelopen eeuw verdween de historieschilderkunst als genre in ons land vrijwel helemaal, maar nu lijkt het een nieuwe opleving te krijgen. Het oeuvre van Maarten Platje (geboren in 1967) is daar een klinkend voorbeeld van, waarbij hij zich concentreert op de maritieme kant van de geschiedenis. De werkwijze die Maarten Platje hanteert in zijn realistische schilderijen begint altijd met een grondig onderzoek van het te schilderen gegeven. Hoe was het weer ter plaatse, de golfhoogte, de windrichting, de bewolking en hoe hoog stond de zon? Welke schepen moeten onderdeel uitmaken van de voorstelling? Hoe zagen zij er precies uit en waar lagen ze ten opzichte van elkaar? Afbeeldingen en beschrijvingen van de schepen moeten daar duidelijkheid over geven, maar ook verslagen en journaals worden gelezen. Hij beschouwt zichzelf als een verteller van verhalen. Daarnaast voelt de bescheiden Platje zich meer een ambachtsman dan een kunstenaar. Ten opzichte van andere maritieme schilders in ons land vaart hij zijn eigen koers.
Dynamiek
‘Ik ben heel nieuwsgierig hoe het er daadwerkelijk heeft uitgezien, dat is mijn voornaamste drijfveer,’ vertelt hij. ‘Ik wil me verplaatsen in een zo correct mogelijke historische werkelijkheid. Mijn realistische stijl vraagt om een helder inzicht in hoe het er in het echt heeft uitgezien. Ik wil de kijker graag meenemen in dat verhaal.’ ‘In 2007 zag ik het penschilderij “De krijgsraad aan boord van De Zeven Provinciën” door Willem van de Velde de Oude. Een prachtige, gedetailleerde weergave van een historische gebeurtenis die plaatsvond op 10 juni 1666. Dit grote werk inspireerde me om mijn eigen versie van de krijgsraad te maken. Daarbij wilde ik dat echt alles klopte, tot de seinen aan toe. Het was niet mijn bedoeling om Van de Velde na te schilderen. Dat blijkt alleen al uit het gezichtspunt dat ik gekozen heb, dat veel hoger ligt dan in het penschilderij, waardoor ik het grootste deel van de vloot kon weergeven.