Laat ik u mee terugvoeren naar het jaar 1972. Jaap Kramer en ik runden het Bureau voor Jachtbouw en Watersport. We ontwierpen zeil- en motorjachten, vertaalden watersport- boeken en schreven boeken en artikelen over boten. Thuis had ik de tussenverdieping ingericht voor ons kantoor, zodat we zelf noodgedwongen op zolder sliepen. Om watersporters enthousiast te maken voor het varen met platbodems hadden we het botterjacht Pieternella waarmee ik elke zomer tien weken lang met betalende gasten over IJsselmeer en Wadden zeilde. Bij slecht weer was Friesland mijn vaargebied.
Er was weinig geld onder de mensen en we zochten naar een mogelijkheid om een betaalbare platbodem op de markt te brengen. Na veel schetsen lag er een voorontwerp op de tekentafel en ik maakte van dik karton een modelletje, zodat ik met het interieur kon spelen. De uitgangspunten waren: een zwaar, 15 mm dik vlak dat tevens als ballast diende, een bakdek met kajuit zodat je binnen over de maximale breedte kon beschikken en een grote kuip. Daarin kon je de zeilen hijsen en strijken, maar ook buiten eten en met een groter gezelschap zitten. Tevens bedachten we een achterkajuit met twee slaapplaatsen. Om rechtstandig te kunnen droogvallen dachten we toen nog aan kimkielen.
Tevreden
Om alles beter te kunnen beoordelen maakte ik vervolgens een twee keer zo groot model, daarin kwam de definitieve indeling tot stand. Het voordeel was dat je veel beter dan op tekening alles aanschouwelijk kon maken, want je moest voortdurend met de knik in de huidplaten rekening houden. Toen we tevreden waren over het resultaat werkten we de tekeningen verder uit.
Veel jachtontwerpers hadden in die tijd regelmatig contact met prof. Jelle Gerritsma. Hij doceerde aan de TH (nu TU) Delft scheepsbouwkunde en was zeer begaan met de jachtbouw. Computers waren nog geen gemeengoed en hij liet op de computers van de TH stabiliteitsberekeningen maken. Daaruit bleek dat het maximale oprichtend koppel van ons ontwerp bij 45 graden helling lag. In zeegang bestond dan kans dat er water over de kuiprand zou komen, maar zover zou het met dit oprichtend koppel niet gauw komen, mits je op tijd reefde.