Zalmschouwen zijn van staal, de vroege exemplaren van ijzer, dat weet iedereen. Toch moet het type ooit geëvolueerd zijn uit een houten ‘oer-type’ dat voorafging aan de schuiten van de bekende bouwers. Scheepstimmerman Peter Schouten was erg gecharmeerd geraakt van de zalmschouwen of drijverschuiten, zoals ze ook wel genoemd worden. In de loop der jaren heeft hij er vele masten, zwaarden en roeren voor gemaakt. Hij had ook meegevaren op de schuit van Arie van der Ree, de grote kenner van dit type. Vooral de gebruiksmogelijkheden bevielen hem: de huik op het voordek blijft staan en zo kun je altijd, zonder de boel te hoeven ombouwen, aan boord blijven slapen. Wel zette hij vraagtekens bij de zeileigenschappen, dat moest toch beter kunnen?
Verwachting overtroffen
Om maar vast op de zaken vooruit te lopen, dat kon ook veel beter. Na zijn jubileumfeest, waarbij ook de zalmschouw werd gedoopt, deed Peter Schouten even later mee aan de Motketelwedstrijden bij de Koninklijke op Loosdrecht. Hij vormde een beetje vreemde eend in de bijt tussen de Friese tjotters en schouwtjes, maar verraste vriend en vijand door hoog in het veld te eindigen. Op ‘rating’ eindigde hij een wedstrijd zelfs als eerste en dat met geleende zeilen uit 1953! De zalmschouw overtrof zijn verwachtingen.
Terug naar waarmee het allemaal begon. In 2020 kreeg het idee een houten zalmschouw te bouwen vastere vorm. Maar de vraag rees al snel: wat voor zalmschouw moet het worden? Er bestaan wel wat tekeningen, maar die uit de periode 1860-1875 tonen een overnaads scheepje, terwijl alle oude foto’s van houten zalmschouwen (en dat zijn er toch aardig wat) die Arie in zijn archief heeft, een gladboordige zalmschouw laten zien. De sleutel bleek een tekening van W.K. Versteeg, die moet dateren uit ca. 1900.