Uiteraard werden beide schepen aan het begin van hun carrière ingezet voor de mossel- en oestervangst, zoals bijna alle hengsten. Het is niet helemaal duidelijk wanneer de TH5 gebouwd is, maar de meetbrief van 1912 vermeld het jaartal 1908 en waarschijnlijk op de werf van J.F de Klerk te Hontenisse. De hengst (afmetingen 11,25 m bij 4,40 m) heeft dan het visserijnummer HON3 en de naam Twee Gebroeders en vaart met een laadvermogen van 10 ton ook bieten en mosselen. Zo’n dubbelfunctie als vrachtschip was voor een hengst normaal.
Vanaf 1916 vaart het schip een tijd als CLN 15 vanuit de Clinge. Dan komt de stad Tholen in beeld, als de familie Schot de hengst inzet voor de oestervisserij. Het schip vaart vanaf 1931 met het nummer TH5. Na een zeer strenge winter in 1958 waarin een groot deel van het oesterbroed doodvriest gaat het schip met pensioen en zet Johannes Schot het schip met toebehoren te koop.
Voor 7500 gulden verkrijgt Jan Sitsen uit Bergen op Zoom in 1964 niet alleen het schip maar ook de oesterpercelen, de netten en het visgerei en een klein viskotje in de haven van Tholen en tot slot de vergunning om te vissen. Fruitteler Sitsen is door de stadsuitbreiding onteigend en gaat zonder zeiltraditie in de familie op zoek naar een klein zeilbootje. Als hij echter de stoere hengst ziet is het liefde op het eerste gezicht. Samen met zijn zoons Cees en Wim gaat Jan aan de slag.
Vervanging
Ze komen tot de ontdekking dat het vlak door alle olie van de lekkage van de 20 pk Kromhout diesel nog in redelijke staat is. De spanten daarentegen zijn dringend aan vervanging toe. Kromme eikenbomen uit de Wouwse Plantage moeten de nieuwe spanten gaan worden. Drie jaar lang besteden de Sitsens iedere vrije minuut aan de renovatie en verbouwing van de hengst tot jacht, samen met scheepstimmerman Bart Kristelijn en dat af en toe op de werf van Van Duivendijk in Tholen. Zowel de familie Sitsen als Bart Kristelijn zijn katholiek, zij konden dus doorklussen op zondag. Maar regelmatig komt de dominee even kijken of er niet iemand uit het protestantse Tholen meehelpt.
Het zit de Sitsens niet mee, de timmerman wordt ziek en Van Duivendijk heeft er eigenlijk ook geen zin meer in. Het schip verhuist naar Meerman in Arnemuiden, daar wordt het schip verder afgebouwd en worden er nieuwe zwaarden gemaakt. Eenmaal klaar wordt de TH 5 omgedoopt in Jan Korneel.
Verrot
Zo’n 10 jaar lang vaart de familie Sitsen met veel plezier met de Jan Korneel. Dan blijkt het schip toch weer erg rot te zijn. Bij Van Duivendijk wordt de TH5 grondig onder handen genomen. Het gehele boeisel, het berghout, het grootste deel van het dek en verschil- lende spanten wordt vervangen. Deze restauratie werd zo goed uitgevoerd dat de SSRP (het Stamboek) de W.H. de Vosprijs toekent voor het meest verdienstelijk gerestaureerde schip.